We gingen naar de Stadschouwburg om Herman van Veen te zien. Prachtige voorstelling. Mooie liederen, geweldige musici en muziek, humor, ontroering … van begin tot einde boeiend. Na dat einde stapte opeens burgemeester Aleid Wolfsen het podium op. Namens de Utrechtse gemeenteraad mocht hij Van Veen de zilveren stadspenning opspelden. Na uiteraard een toespraak vol anekdotes en veren.
Wat gebeurt er als Wolfsen tijdens zijn praatje citeert uit het Utrechts Nieuwsblad van een aantal jaren geleden? Dan gaat er een zoempje door de zaal. Sterker nog: als Van Veen in zijn dankwoord vertelt dat hij vroeger een krantenwijkje had, verwacht je een grap over het Utrechtse sufferdje ‘Ons Utrecht’. Die grap komt niet, maar je ziet Wolfsen bij het woord krant even, ver weg, haast ongemerkt schrikken. Het blijft waarschijnlijk nog lang aan hem kleven: de associatie met ‘persbreidel’.